Toetsen op maat

De rekenvaardigheid van leerlingen in een groep loopt vaak sterk uiteen. Als gevolg daarvan zal eenzelfde rekentoets voor een deel van de leerlingen goed op niveau zijn, maar voor andere leerlingen erg moeilijk of erg gemakkelijk. Met name voor een deel van de leerlingen van niveau D en voor de leerlingen van niveau E (of voor de leerlingen van niveau V — zie hoofdstuk 3 voor een beschrijving van de niveau-indelingen) zijn de toetsen zodanig moeilijk dat zij veel opgaven fout maken. De bij de rekentoetsen van het LOVS gehanteerde meettechniek maakt het mogelijk de toetsen beter op het niveau van de verschillende leerlingen af to stemmen. We noemen dat toetsen op maat. In het nu volgende voorbeeld geven we aan hoe u hierbij to werk kunt gaan. Wanneer u in groep 8 in oktober/november de toetsen B8/M8 aan de leerlingen wilt voorleggen, kunt u de leerlingen die het voorafgaande meetmoment in niveau E terechtkwamen de toets van het vorige afnamemoment (E7) nognnaals voorleggen. Deze toets zal waarschijnlijk qua moeilijkheid beter op het niveau van deze leerlingen afgestemd zijn dan de toets van B8/M8. Omdat de toetsscores (aantal goed gemaakte opgaven) op verschillende reken-toetsen telkens naar eenzelfde schaal worden omgezet, is het toch mogelijk leerlingen die verschillende toetsen maken met elkaar to vergelijken. Voor zeer goede leerlingen (bijvoorbeeld de leerlingen die op de voorafgaande toets tot de beste 10% behoorden) kunt u desgewenst een tegenovergestelde maatregel nemen. Zij kunnen de toets van een volgend afnannennoment maken. Daarbij kan het voorkomen dat leerlingen de leerstof voor een aantal opgaven nog niet hebben gehad. In paragraaf 3.5: 'Verwerking bij toetsing op maat' is aangegeven hoe u de resultaten verwerkt en interpreteert als leerlingen verschillende toetsen maken.

Maak jouw eigen website met JouwWeb